Ontvangst draadloos netwerk verbeteren.
De meeste routers van een provider bieden de mogelijkheid om een draadloos netwerk in te stellen. Een draadloos (WiFi) netwerk geeft geen garantie voor een optimale snelheid van de internetverbinding. Zeker bij internetabonnementen met hogere snelheden 100Mbps en meer zal een standaard draadloos (WiFi) netwerk nooit deze snelheden kunnen halen.
Storingsbronnen zoals draadloze telefoons, babyfoons en magnetrons zijn de bekendste oorzaken bij storingen van het draadloze (WiFi) signaal, ook de kwaliteit van het draadloze (WiFi) netwerk, de omgeving, de aanwezigheid van betonijzer in muren en natuurlijk de afstand spelen hierbij een rol.
Voor draadloze netwerken (Wireless LAN) zijn een aantal standaarden de zogenaamde IEEE 802.11 standaarden. In de onderstaande tabel zijn de meest voorkomende standaarden voor draadloze
netwerken weergegeven. (Deze snelheden zijn theoretisch en worden in de praktijk nooit gehaald).
Tips om de ontvangst van draadloze (WiFi) netwerken te verbeteren.
- De ingebouwde firewall of ouderlijk toezicht systeem van de router kan de snelheid beïnvloeden.
- Gebruik altijd draadloze adapters en USB dongels van hetzelfde protocol als van de draadloze router en stel deze altijd op het zelfde protocol in als dat mogelijk is.
- Gebruik altijd uitsluitend een gigabit router bij internetabonnementen met hogere snelheden.
- De gebruikte beveiliging (WEP, WPA, WPA2) heeft nauwelijks invloed op de verbindingssnelheid dus het heeft geen zin om deze uit te schakelen.
Let op bij het gebruik van een Airport Extreme (802.11n): er zijn twee verschillende versies van de Airport Extreme op de markt die verschillende snelheden ondersteunen.
Beide versies hebben het hetzelfde modelnummer namelijk A1143, maar de oudere versie (medio 2007) hebben slechts 100 Mbit/s LAN poorten en kunnen maximaal 75 Mbit/s aan in theorie.
De nieuwere versie (van na 2007) kan dit vaak wel, want die heeft gigabit LAN poorten en kan daarmee wel hogere snelheden tot 124 Mbit/s aan.
Stoorzenders van een draadloos (WiFi) netwerk opsporen
Controleer altijd eerst of het draadloze kanaal niet al in gebruik is door een ander draadloos netwerk in de buurt. Ook kunnen kanalen die direct naast elkaar liggen elkaar storen.
Het is bekend dat de kanalen 1 en 2 elkaar storen; de kanalen 1, 6 en 11 zijn kanalen die elkaar niet kunnen storen met 802.11g.
Met het programma Netstumbler (
http://www.netstumbler.com/downloads/" onclick="window.open(this.href);return false;) of een andere WiFi analyzer kunt u zien welke draadloze kanalen bezet zijn en welke vrij. De kanaalinstellingen van de router kunt u
vinden door op de router in te loggen. Kies dan voor een kanaal dat nog vrij is en dat niet direct naast een ander kanaal ligt dat al in gebruik is.
Met een "
WiFi analyzer" kan je kijken of er eventuele stoorzenders in de buurt zijn, in de router kan je dan een ander 'kanaal' instellen, raadpleeg hiervoor de handleiding van de router.
Niet alle WiFi analyzers zullen exotische draadloze netwerkadapters herkennen maar over het algemeen herkend Netstumbler de meest gangbare draadloze netwerkkaarten.
Het meest gebruikte standaard kanaal is '11' indien u een ander kanaal instelt is er minder kans op storing.
Plaats een 'WiFi router' ook altijd op een centrale plaats dus niet ergens in een hoekje in de meterkast of een andere onlogische plaats, een router werkt namelijk met radiale signalen.
Als de router ergens in een hoek staat kan er b.v. al een signaal verlies zijn van c.a. 10 tot 30%.
Bottlenecks
Wanneer meerdere draadloze apparaten op het thuisnetwerk aangesloten zijn, schakelt het draadloze netwerk automatisch over naar de snelheid van het langzaamste apparaat.
Als bijvoorbeeld uw laptop 100 Mbit/s (802.11n) aan kan maar uw tablet alleen 11 Mbit/s (802.11b), dan kan de laptop soms ook niet meer dan 11 Mbit/s (802.11b) halen. Dit hangt wel een beetje af van de instellingen en model van uw router.
Vaak kan je de router ook zo instellen dat alleen de snelste draadloze snelheid wordt gebruikt. Het langzaamste apparaat kan dan vaak geen gebruik meer maken van het draadloze netwerk.
Draadloze router plaatsing
Plaats een draadloze router nooit in de meterkast hij staat daar wel lekker uit het zicht. Maar gunstig is het allemaal niet. De meeste meterkasten bevinden zich vlak bij de voordeur en dat betekent dat zomaar de helft van het wifi-signaal buitenshuis beschikbaar is en niet in huis. Daarbij lopen er in de meterkast veel stroomleidingen en die kunnen het radiosignaal van de draadloze router verstoren met als resultaat dat je zeer slecht ontvangst hebt.
Installeer een repeater.
In veel moderne huizen is met name de ontvangst op de eerste of tweede verdieping vaak matig. Een repeater kan helpen het bereik te vergroten. Dit apparaat wordt geplaatst op een plek waar het signaal van de basisrouter nog net acceptabel is, bijvoorbeeld op de eerste verdieping. De data die op de eerste verdieping bij de repeater aankomen, krijgen van dit apparaat een virtuele zwieper, waardoor ze ook de tweede verdieping bereiken. Resultaat: er kan worden geïnternet op de eerste én tweede verdieping. Nadeel: de hoeveelheid data die kan worden verstuurd, ligt in veel gevallen op de helft van de oorspronkelijke snelheid. Maar voor de meeste toepassingen is dit vaak voldoende. Re- peaters zijn niet duur, al vanaf een euro of 40 is er een fatsoenlijk apparaat te koop.
Gooi je draadloze router het raam uit
Als niets helpt om sneller te internetten, is er nog maar één andere oplossing: gebruik een netwerkkabel. Netwerkkabels halen hoge snelheden en hebben minder last van stoorzenders.